Voor Ajax staat komend seizoen in het teken van de wederopstanding. Na twee uiterst teleurstellende seizoenen, moet het komend jaar beter gaan in Amsterdam. Met de nieuwe trainer Francesco Farioli aan het roer, waait er een frisse wind door de Johan Cruijff ArenA. Mika Godts is dan ook helder: “Ajax lijkt wel een nieuwe club.”
Het is lekker dat het nu normaal is, weer lekker rustig”, begint de Belgische aanvaller in een uitgebreid interview in De Telegraaf. “Iedereen weet onder deze trainer ook waar hij aan toe is. Het is belangrijk om fris in het hoofd en in het lijf aan het seizoen te beginnen.” De Amsterdammers hebben vooralsnog een prima voorbereiding achter de rug en wonnen afgelopen vrijdag nog met 1-0 van Olympiakos.
Godts zelf hoopt komend seizoen meer minuten te kunnen maken in dienst van de Amsterdammers. De linksbuiten beleefde afgelopen jaar zijn doorbraak, maar kon nog niet zijn stempel drukken op het spel van Ajax. De negentienjarige aanvaller kwam afgelopen seizoen in dertien wedstrijden niet verder dan twee assists. Godts ziet dat Farioli veel met hem bezig is en hoopt snel resultaat te zien: “Hij zei me direct dat hij me niets hoeft te leren in mijn acties een-tegen-een, maar dat hij me wel kan helpen met mijn loopacties en bij het terugverdedigen. Samen zijn we bezig om een completere aanvaller van me te maken.”
Met de nieuwe trainer aan het roer, lijkt er wel iets te zijn veranderd binnen Ajax. “We zijn in een compleet nieuwe sfeer gestart. Ajax lijkt gewoon een nieuwe club. Het is in alle opzichten veel beter, omdat er op elk vlak structuur is die vorig jaar ontbrak. Daardoor hebben we ook weer plezier. We zijn klaar om te presteren. Zelfs als we het met precies dezelfde selectie als vorig seizoen moeten doen, zal het beter gaan.”
Er werd afgelopen seizoen vaak gezegd en geschreven dat de selectie van Ajax simpelweg te weinig kwaliteit had om mee te spelen om de landstitel, maar daar is Godts het niet mee eens: “Er werd vaak gezegd dat we te weinig kwaliteit hebben, maar ik denk niet dat dit zo is. Door alle omstandigheden werkte het niet. Nu kunnen we twintig tot dertig procent beter.”